Door Josefien Donders
Zoals jullie allemaal wel gemerkt hebben, heeft het schoolbestuur een nieuwe regel laten ingaan. Een regel die geen positieve meerwaarde creëert in onze school, maar die juist onvrede en ergernis veroorzaakt bij de leerlingen. Ik heb het natuurlijk over de ‘om-acht-uur-melden-regel’. Voor de mensen die nog niet op de hoogte zijn: de nieuwe norm houdt in dat als een leerling na de tweede bel de les inkomt, hij/zij zich de volgende dag om acht uur moet melden, ongeacht het tijdstip waarop de leerling op school moet zijn om zijn/haar lessen te volgen. Een leerling zou zich dus om acht uur moeten melden, terwijl de les pas om 12:35 begint. Iedereen kan zich voorstellen dat dat een enorme irritatie en een terecht gevoel van onrecht oplevert. Maar met persoonlijke gevoelens krijgt men niks gedaan. Daarom ben ik hier als redactielid om deze nieuwe, onrechtvaardige sanctie aan de kaak te stellen. Ongelijke bestraffing Iedereen is het ermee eens dat leerlingen dezelfde straf zouden moeten ondergaan voor dezelfde overschrijding van een regel. Juist. Maar in het geval van deze nieuwe vrijetijds-beperkende regel is de bestraffing ongelijker dan ooit. Leerlingen die later moeten beginnen, moeten relatief eerder op school zijn dan leerlingen die vroeger moeten beginnen. Daardoor is de straf erger voor de één dan voor de ander, afhankelijk van de daadwerkelijke start van de lessen. Verre afstanden tot school Omdat het Gymnasium Camphusianum het enige categorale gymnasium in de regio is, zijn er veel leerlingen die van ver moeten komen om een gymnasiale opleiding te volgen. Vooral uit de omliggende dorpen zoals: Meerkerk, Herwijnen en Almkerk komen veel scholieren met de fiets. Zij moeten vaak wel een uur fietsen. Deze scholieren moeten met alle mogelijke weers- en wegomstandigheden omgaan die zij op hun route naar Gorinchem tegenkomen. Regen, tegenwind, open bruggen en drukke kruispunten die niet over te steken zijn vanwege de vele auto’s in de ochtendspits. Zodoende komen sommige leerlingen net iets te laat in de les. Maar wat doet onze school in zulke situaties? De school toont geen enkel medeleven met haar leerlingen. Deze moeten namelijk de volgende dag nóg vroeger uit hun bed om in hun eentje de polders en dijken te doorkruisen. En dát met de vrieskou in het vooruitzicht. Minder vertrouwen in de schoolleiding Een schoolleiding die zulke leerlingonvriendelijke regels verzint en zelfs laat ingaan, moet niet veel steun en vertrouwen verwachten van haar scholieren. U moet begrijpen dat leerlingen, ook al is het niet van harte, zich wel een half uur eerder willen melden als ze een paar minuten te laat in de les komen. Maar om zich anderhalf tot soms wel vier uur eerder op school te moeten vertonen voordat de les begint, kunt u niet vragen van uw leerlingen. Daarom verzoek ik de schoolleiding de ‘om-acht-uur-melden-regel’ zo spoedig mogelijk terug te draaien. Door Laura den Boon
“ANNE MARIA KOEKOEK”, riep ik vroeger regelmatig tijdens het buitenspelen op de basisschool, waarna ik me gehaast omdraaide om te kijken of er niemand meer bewoog. Want dat is het idee van dit spel: één persoon staat met zijn/haar rug naar de medespelers, terwijl de andere kinderen steeds wisselen van pose. Wanneer dat ene kind dan “Anne Maria koekoek” heeft geroepen, moet de rest stilstaan. Staat er iemand niet stil, dan moet diegene met de rug naar de rest toe gaan staan. Klinkt misschien een beetje saai, maar dat was het niet. Ik en mijn vriendjes en vriendinnetjes konden de gekste lichaamshoudingen aannemend, hele pauzes dit spel spelen. We voelden ons echte modellen. Dat gevoel een model te zijn (of te kunnen worden), heb ik de laatste tijd niet meer. Maar het kijken naar modellen, daar kan ik nog wel van genieten. Sinds een aantal weken staat de maandagavond van RTL5 weer in het teken van de modellenwereld met de programma’s HNTM (voor de onwetenden onder ons; dat staat voor Hollands Next Topmodel) en Models in Paris: het echte leven. Genieten gegarandeerd. Om half negen begint de avond met HNTM, waaraan dit jaar naast vrouwelijke, ook mannelijke kandidaten deelnemen. Hoewel de wedstrijd begon met zestien deelnemers, zijn er na drie afleveringen nog maar negen kanshebbers voor de titel over. In rap tempo worden mensen naar huis gestuurd; na bijna elke fotoshoot is het tijd voor een eliminatie, tot schrik van de deelnemers. Ik vind het daarentegen niet zo erg. Nu er al wat minder kandidaten over zijn, onthoud ik beter wie wie is en hoe diegene is (voor zover dat natuurlijk mogelijk is; er schijnen nogal wat regisseurs in te fluisteren wat te zeggen). Bovendien zijn de wat minder-presterenden al weg, waardoor de resultaten steeds mooier worden, hoewel ik het ook wel aandoenlijk vond Chris de ‘kijk op je horloge’-pose te zien doen. Wat trouwens niet wil zeggen dat ik de foto’s van de afgevallen kandidaten per se niet mooi vond. Regelmatig denk ik “oh wat een mooie foto”, waarna ik jurylid Kim Feenstra hoor zeggen dat ze niet onder de indruk is. Deelnemen aan een programma als HNTM of Models in Paris: het echte leven, lijkt mij in ieder geval niet het einde. Tuurlijk, het moet wel leuk zijn als je (af en toe) op straat herkend wordt, maar er zit ook een keerzijde aan. De soms kwetsende mening van het collectief over je heen krijgen bijvoorbeeld, lijk me zeer confronterend. Met dat in mijn achterhoofd probeer ik nu dan ook niet te veel over kandidaten te oordelen, hoewel ook ik de ene kandidaat sympathieker vind dan de andere. En stiekem is dat ook wel een beetje de lol ervan. Wanneer ik samen met mijn moeder voor de tv hang, hebben we over elke kandidaat wel een (positieve dan wel negatieve) mening. Zo moesten wij de eerste aflevering al erg lachen. De eerste keer dat we de kandidaten in actie zagen komen, werden zogenaamde ‘comp cards’ gemaakt (een soort visitekaartjes in de vorm van een foto). Een van de nieuwe juryleden dit jaar, Nigel Barker, modefotograaf en jurylid bij America’s Next Topmodel, fotografeerde. Toen Bonita binnenkwam, had ze dit echter niet echt door. Ze showde haar modellenblik aan de verkeerde camera. Ondertussen probeerde Barker haar toen zwaaiend duidelijk te maken dat hij de fotograaf was. Hij riep nog net niet “Anne Maria koekoek”. Door Vera van Wijk
Uitstelgedrag, het is misschien wel de grootste vijand van de scholier. Nu zitten we alweer een maand op school, wat betekent dat zo langzamerhand de eerste toetsen en opdrachten weer op SomToday verschijnen. Zou het niet geweldig zijn om een schooljaar te hebben zonder uitstelgedrag? Jullie roepen nu natuurlijk allemaal volmondig ‘ja’ en daarom ben ik hier om jullie uit de brand te helpen. Als we de zelfhulpgoeroes moeten geloven is bewustwording de eerste stap naar verbetering van het probleem, dus zie hier: de vijf stadia van uitstelgedrag. Stadium één – Hoop, dromen en een sprankeltje motivatie Het werkproces begint altijd fenomenaal. Je hebt het eindplaatje al in je hoofd en de gedachte hieraan brengt werkelijk waar wat motivatie teweeg in je luie puberbrein. Herinneringen aan je vorige toetsen en projecten zitten nog vers in je geheugen en omdat de rillingen over je rug lopen bij de gedachte aan hoe desastreus deze verlopen zijn, ben je vastbesloten om het nu anders te doen. Voor je gevoel ben je volledig capabel om je aan een planning te houden en je weet zeker dat je een week van tevoren klaar zult zijn. Helaas blijkt deze manier van werken niets meer te zijn dan een droom en ben je binnen de kortste keren hopeloos verloren in een zee van onproductiviteit. Stadium twee – Donkere dalen om in te verdwalen Het punt is dat je wel gemotiveerd bent om te werken aan je taak, maar dat deze motivatie nogal zwak is. Zelfs een dode bromvlieg in de vensterbank is al genoeg afleiding om deze motivatie te laten verdwijnen. Hoe fijn het gevoel van mogelijke productiviteit ook is, uiteindelijk blijft het vervelend dat je voor die productiviteit dan ook echt iets moet doen. En dat kost dan moeite. Zodra je hersenen dat nare zijeffect van werk goed geregistreerd hebben, zijn alle hoop en dromen uit stadium één door een pijnlijke dood gestorven. En dan kom je terecht in een zeer diep, donker dal van bullshit. Hoewel je onschuldig begint met een bezoekje aan Instagram zit je al snel de neef van de achterbuurvrouw van je overgroot oma te stalken zonder dat je ook maar door hebt hoe je überhaupt op zijn profiel gekomen bent. Een halve dag en enkele minuten later heb je alle mogelijke kattenvideo’s op YouTube gekeken en heb je half Wikipedia doorgespit waardoor je nu plotseling de volledige geschiedenis van Ikea kent. Je bent verdwaald in het land van zinloos tijdverdrijf en weet niet meer hoe je er uit komt. Er zit niets anders op dan wachten totdat de accu van je mobiel het begeeft. Stadium drie – Ignorance is bliss Op een gegeven moment kom je iets tegen wat toch wel enigszins leuk blijkt te zijn en dus besluit je maar een compleet nieuwe serie te gaan kijken. Maar waar je in stadium twee nog geplaagd werd door een schuldgevoel, is dat nu volledig verdwenen. In je hoofd kun je de hele situatie namelijk gemakkelijk goed praten en dus heb je de beste excuses voor je gedrag. Zoiets als: ‘Ik kijk maar één aflevering.’ (dacht je het echt?) of ‘De deadline is pas om twaalf uur ’s nachts en aangezien het nu pas half elf is, heb ik nog zeeën van tijd over en het lukt me echt wel om straks nog even vijfduizend woorden te schrijven ondanks het feit dat ik over alleen de inleiding al drie weken deed.’ En dus kun je zo gemakkelijk rechtvaardigen dat je nog even – heel eventjes maar – iets anders doet. Stadium vier – Misplaatste productiviteit Na een geweldige tijd van niks doen, weet je dat je nu toch echt aan de slag moet. Helaas is de motivatie uit stadium één nog steeds niet wedergekeerd en is aan het werk gaan wel het laatste wat je nu zou willen doen. Toch lukt het je niet meer om met een gerust hart zinloze dingen te doen. Je weet geen excuses meer te verzinnen om nóg een seizoen te kijken en je hebt alle social media al zoveel bekeken dat er werkelijk niets nieuws meer te vinden is. Er zit niets anders op dan iets nuttigs te gaan doen. Om je eigenlijke werk toch nog uit te stellen, begin je daarom in stadium vier aan de misplaatste productiviteit. Plotseling lijkt het het perfecte moment te zijn om je gehele to-do-lijst af te werken en zo komt het dat je kamer voor het eerst in drie maanden weer een wordt schoongemaakt of je eindelijk die zeshonderd ongelezen e-mails wegwerkt. Je doet alles, zelfs de meest vervelende klusjes om maar niet aan het werk te hoeven. Stadium vijf – Rinkelende alarmbellen en blinde paniek Daar zijn we dan, eindelijk stadium vijf: het einde van de bloedige strijd. En dit stadium is niet alleen het einde van de strijd om aan het werk te gaan, het is ook het einde van de mogelijkheid om dit te doen. De laatste loodjes wegen immers het zwaarst en dat is ook zo bij schoolwerk. Je doet namelijk alles op het allerlaatste moment. Dit hele proces was het lastig om motivatie te vinden, maar in stadium vijf is dit probleem als sneeuw voor de zon verdwenen. Je tijd is bijna op en met nog maar een uur tot de deadline of toets slaan alle alarmcentrales in je hoofd gelijktijdig op hol. Wat volgt is een blinde paniek en enorme spijt van alle levenskeuzes die je tot nu toe hebt gemaakt. Hoewel dit waarschijnlijk het minst leuke stadium is, blijft het fascinerend om te zien hoe elk mens plotseling bovennatuurlijke krachten blijkt te hebben. Paniek is namelijk de beste motivator die er bestaat en in combinatie met prestatiedruk levert het altijd bijzondere resultaten op. Je werkt aan één stuk door en kan maar niet stoppen met koffie drinken in de hoop wat inspiratie uit de cafeïne te halen. Uiteindelijk lukt het op nippertje om je werk op tijd af te hebben en hoewel het eindresultaat een stuk minder goed is dan het had kunnen zijn, heb je het toch maar mooi voor elkaar gekregen. Dat waren ze dan, de vijf stadia van uitstelgedrag. Neem ze de goed in je op, zodat je de volgende keer precies hetzelfde kan doen, maar dan iets bewuster. We weten allebei dat je het toch nooit af gaat leren. Door Julius Birch
Wellicht hebben jullie iets meegekregen van Kairos zomerschool. Een zomerkamp, bedacht en opgericht door onze eigen meneer Kroon, waar je twee weken lang kunt genieten van Italiaanse zon, bijles en opstaan om 7 uur. Zelf is meneer Kroon al hierover door de SPartacus geïnterviewd, maar voor vandaag krijgen jullie te horen over wat leuke activiteiten. Wie kan er beter over vertellen dan iemand die het zelf gemaakt heeft? Ik kan nu natuurlijk door gaan zaniken over de bijlessen, maar dat is natuurlijk gegeven. Iedere ochtend zit je vanaf het ontbijt tot de lunch aan je Latijn, natuurkunde of economie. 's Middags wordt er nog een uurtje gewerkt, en de rest van de tijd heb je vrij, is er een excursie of wordt er een activiteit georganiseerd. Natuurlijk, als je een modelleerling bent en niet meegaat voor de bijles, ziet het er allemaal veel rooskleuriger uit. Er zijn een heleboel verdieping -en verbredingsvakken die je kunt kiezen zoals retorica, Amerikaanse geschiedenis en gitaarles. Deze vinden zich wel plaats in dezelfde tijdsvakken als de bijlessen, dus als je een beetje van beiden wil moet je prioriteiten stellen. Dan zijn er 's middags activiteiten. Een paar keer kun je sporten. Onder begeleiding van onze eigen mevrouw Konijn ga je dan naar de overkant van het meer om te zeilen, windsurfen of SUPpen bij een Nederlandse surfschool. (SUPpen is op een surfplank staan en peddelen. Het ziet er net zo raar uit als je denkt, maar het beste woord om het te beschrijven is zen) Wel letten op de windsterkte en richting, anders zou je best wel eens een uur te laat terug kunnen komen. Andere keren zijn er excursies. Meneer den Uijl laat iedereen zich in een autootje proppen en dan rijdt je naar een plaats zoals Milaan, Brescia, of Venetië, om je in de bakkende zon door de stad te slepen en je alle bouwkundige trekjes haarfijn uit te leggen. Maar je hebt ook veel vrije tijd. Je kunt de kans nemen om te gaan zwemmen in het meer, een wandeling te maken naar het nabijgelegen dorp, of simpelweg een stok kaarten te pakken en als een typische toerist net iets té harde muziek op te zetten. Wat ook nog wel eens wil gebeuren is dat mensen op eigen houtje iets gaan doen. Het meest voor de hand liggend is zelf een zeilboot of surfplank te huren om de middag op het water te kunnen dobberen, maar er wordt ook nog wel eens gemountainbiked, of Den Uijl laadt een autootje vol met belangstellenden om door een bergdorpje te zwerven. En dan, aan het eind van de dag, als het avondeten gezakt is en de tutoren klaar zijn met hun overleg, blijft de avond nog over. Als je overdag ergens heen bent geweest kom je te laat thuis om iets anders te doen dan op je slaapzak neervallen, maar zo niet heb je nog de hele avond voor je liggen. Die wordt op verschillende manieren doorgebracht, afhankelijk van wat de tutoren hebben voorbereid en waar mensen zin in hebben. Soms zijn er avondcolleges, waarbij de student die je overdag heeft zitten drillen op je werkwoordrijtjes opeens een interessant verhaal gaat opleggen over de sterrenbeelden. Het moet nu wel duidelijk zijn dat de zomerschool niet alleen maar om de bijles gaat, maar dat er ook gewoon leuke dingen te doen zijn die de trip het beslist waard maken. Dus, als je aan het eind van dit schooljaar verlegen zit om iets te doen tijdens de zomervakantie, stel ik Kairos voor! Door Laura van Zanten
Vorige week zijn er 122 nieuwe, frisse, nog hoopvolle, maar vooral schattige eersteklassers begonnen aan hun schoolcarrière op onze school. Voor jullie allemaal is er deze korte briefing , je eerste houvast om de komende zes jaar te overleven. Houd moed Jullie zijn makkelijk te herkennen, niet alleen aan het kenmerkende uiterlijk (wat zit er toch in die immense rugtassen?!), maar ook aan het gedrag. Jullie verlaten als eerste het auditorium, maken al je huiswerk nog zodra het wordt opgegeven, leren zo goed mogelijk voor je eerste so’tjes en zijn het meest ambitieus van ons allemaal. Dat is een punt waarin wij van jullie zouden kunnen leren: vol goede moed en punctueel zijn, een eigenschap waar menig oudere Camphusiaan niet aan kan tippen. Het is een van de weinige dingen, die iedere beginner maar beter kan proberen te behouden: met enthousiasme kom namelijk je een heel eind. Leer je leraren kennen Er komt een tijd dat je alles over hebt voor extra slaap, minder huiswerk en iets hogere cijfers. Als je nu denkt dat dat voor jou nooit zal gelden, dat zal het wel. Niemand houdt leven volgens de vorige alinea zes jaar lang vol. School zorgt er nu eenmaal voor dat je uitgeput raakt met grotendeels nutteloze, maar verplichte kost. Mocht de dag nou komen dat je geen puf meer hebt om al je huiswerk te maken, doe het dan strategisch. Weet welke leraren je mogen, wie er nooit huiswerk controleert en wie het meest gevoelig is voor smoesjes. Waar je ook op moet letten: sommige leraren veranderen nog naar mate je in hogere klassen komt, dus maak je niet al te veel zorgen (of juist wel, het kan ook de verkeerde kant op). Stel je verwachtingen bij Als je niet te veel verwacht, kan het ook niet tegenvallen. Nee, meneer Osseforth zal nooit iets kort en bondig zeggen. Nee, je gaat het niet volhouden om nooit te laat te komen. Ja, het auditorium zal vaker gesloten dan open zijn. Nee, sommige leraren zullen nooit je naam leren kennen. Ja, het huiswerk wordt alleen maar meer. Nee, je kunt je schriften niet het hele jaar netjes houden. Ja, de school wordt alleen schoongemaakt vlak voor de open dag. Ja, SomToday zal altijd geüpdatet worden als je het nodig hebt. Nee, de kleedkamers groeien niet. Ja, meneer Den Uijl blijft altijd lang en een beetje eng. Ja, er komt een dag dat je wel je kluisje aan kan raken. Het komt wel goed Uiteindelijk moet je het allemaal maar gewoon over je heen laten komen. Iedereen zal er ongeveer heelhuids van af komen, misschien niet binnen zes jaar met een diploma, maar ja, je kan niet alles hebben. |
Archieven
Juni 2018
Categorieën |